Rondtrekken in IJsland

30 juli tm 3 Augustus

Dinsdag 30 juli

Als we opstaan schijnt een voorzichtig zonnetje wat steeds beter zijn best doet, tot zelfs even 20 graden! We rijden vandaag zuidelijk, over de F35 het binnenland in naar Hvarvellir, wat betekent 'veld van hete bronnen' (niet nonnen, maar bronnen). Het is een beschermd natuurgebied en een brede vlakte tussen de gletsjers Höfsjökull en Langjökull. De weg er naar toe, vinden we vooral in het begin wat saai. De eindeloze vlakte en een snoeiharde wind maken het ook niet aantrekkelijk om even uit te stappen. Als we bij een uitzichtpunt staan, wiebelt onze wagen op en neer door de harde wind. Naast ons staan twee fietsers te bibberen in de kou. Hun fietsen zijn flink bepakt. Als ze aan willen rijden worden ze letterlijk van hun fiets geblazen. Ze kunnen hun fiets zelfs niet rechtop houden. We krijgen medelijden met ze en begrijpen niet waarom ze deze weg nemen. Fietsen is nu echt niet te doen. Even verderop zien we een camping, dus waarschijnlijk is dat hun bestemming.

Na ongeveer 110 km komen we eindelijk aan bij camping Hvarvellir. Deze is mooi gelegen aan een lavaveld en naast de camping stomen de hete bronnen en solfataren. Aan de hut bij de camping is een warm waterbron waar we badderen tot we rimpelig zijn. Ineens zie ik dat mijn zilveren ring bruin kleurt. Bart zegt dat dit door de zwavel komt. Snel doe ik mijn ringen af. Ik baal, want de nu bruine ring met het veertje heb ik zelf gemaakt, ter nagedachtenis aan Moni. Als we uit het water stappen wordt Bart plots misselijk. Waarschijnlijk door de combinatie van de zwavelgeur en het hete water. Even met het hoofd tussen de knieën helpt en algauw is hij weer de oude.



De nacht verloopt heftig. Niet door wat jullie nu misschien denken, maar door de harde wind. Ik zit rechtop in mijn bed, met mijn handen het tentdoek terug duwend, terwijl Bart met zijn voeten tegen het tentdoek drukt. We zijn bang dat het doek scheurt door de beukende wind. We zien kampeerders hun daktent inklappen en in de auto zitten. Ook een vouwwagen wordt ingeklapt. Als we 's morgens brak door het slaapgebrek naar buiten gaan, is het stralend weer!


Het toiletrolhouder akkefietje heeft overigens een vervolg gekregen. Deze keer hangt er zo'n houder in het toilet met een klein gaatje, waar een toefje toiletpapier uitsteekt. Ken je ze? Iedere keer als ik een papiertje uit dat onmogelijk kleine gaatje wil trekken, scheurt het af vlak achter het gaatje. Dus geen toefje papier meer om aan te trekken. Daar zit ik dan weer op het toilet zonder papier. Maar mij hebben ze niet meer! Ik neem voortaan een eigen rol mee voor de zekerheid. Net als vroeger. Toen moest ook iedereen met de rol in de hand over de camping. Veel handiger!


Woensdag 31 juli

We rijden vandaag 40 km zuidelijker naar Kerlingarfjöll, een zeer kleurrijk gebergte met veel ryoliet. De weg ernaar toe is een ramp door de vele corrugations (Wasbord). We kunnen vaak niet harder dan 25 km per uur rijden. Onze bus en de inhoud worden constant door elkaar gerammeld. Het is om zot van te worden. Maar de beloning is groot! Het zicht vanaf de berg op de camping in het dal is prachtig. De camping ligt aan een rivier en er staan verschillende rode houten hutten, kleurrijke tentjes en natuurlijk stoere en minder stoere campers.




We rijden echter eerst een paar kilometer verder naar het hoger gelegen Hveradalur. Wat we daar zien beneemt ons de adem. Ook nu zeggen we weer tegen elkaar dat we nog nooit zoiets moois gezien hebben. Een Ranger spreekt ons aan en geeft ons advies over een mooie wandeling.

De gekleurde bergen, de hete stoom die uit de grond komt, de sneeuw op de toppen, het is niet uit te leggen hoe apart het aanvoelt om hier te wandelen.



We mogen niet van de smalle paadjes af om de natuur te sparen. We wandelen uiteindelijk zo'n drie uur omhoog, en via de klif weer terug naar beneden. De zon schijnt ( al twee dagen geen regen gehad), er is nauwelijks wind, de lucht is blauw. Vandaag geen baal moment, maar vele geluksmomenten!

Voor meer foto's kijk eens op de foto pagina van dit blog.



Namiddags zitten we op de camping in de zon, wanneer er een kleine Suzuki Jimny naast ons komt staan met een daktent. De wereld is klein! Het blijken Miriam en Boudewijn te zijn, het leuke koppel dat we eerder in het zuiden hebben ontmoet! Hun camper staat nog in het zuiden en ze zijn al een paar dagen rond aan het trekken in hun Jimny. Met een wijntje kletsen we bij en als het koud wordt, nodigen we ze uit om bij ons in de camper te komen zitten. Het is krap, ik zit op een vouwstoeltje in de ingang, maar heel gezellig!

De volgende ochtend is het nog steeds prachtig weer. De thermometer geeft 13 graden aan in de schaduw, maar het is zeker 17 graden in de zon. Boudewijn vertelt dat ze al bijna twintig jaar naar ijsland gaan, maar dat ze nog nooit op deze hoogte in de highlands in T-shirt hebben kunnen ontbijten. Vandaag dus wel! Is het mogelijk dat wij als 'de regenmakers' dan eindelijk ons lot hebben kunnen keren en nu voor warmte zorgen op plaatsen waar dit normaal gesproken niet gebeurt? Of zou het de klimaat verandering zijn?




Donderdag 1 augustus

Mijn door de zwavel bruin geworden zilveren ring is inmiddels weer gewoon zilver. Gelukkig!

We zien op tegen de vreselijke weg terug over het wasbord. Maar ook nu is het lot ons goed gezind! Gisteren heeft een tractor met 'schuiver', de weg gladder geschraapt! Het valt goed mee en we rijden terug naar Hvarvellir waar we aan een Ranger vragen of route 734 te doen is met onze bus. Dit blijkt niet het geval te zijn. Door de smeltende gletsjers, zijn enkele gletsjer rivieren flink groter geworden en niet zonder verhoogde super jeep over te steken. We krijgen een alternatieve route waar we dankbaar gebruik van maken. De thermometer geeft 20 graden aan. De schapen die in IJsland overal rondlopen ( zelfs op de geasfalteerde ringweg steken ze met gevaar voor eigen leven over), kunnen duidelijk niet tegen deze 'hitte'. Ze schuilen onder overhangende graszoden. Door water en wind is er een holte onder het grasland ontstaan, waardoor de schapen heerlijk in de schaduw kunnen liggen.

Tijdens de lunch staan we aan een helder riviertje en Bart drinkt voor het eerst water uit de rivier. Hopelijk wordt hij er niet ziek van! Ik durf het niet aan. Als ik uit de rivier zou drinken, zou ik waarschijnlijk net een slok water met rottende vis naar binnen slurpen, of een slok water met daarin de drol van een schaap! Ik heb vaak van die rare dingen voor, dus speel ik nu maar op safe en hou het bij het getapte water uit de kraan.

Vroeg in de middag komen we aan op camping Bakkaflöt en zetten onze bus bij een rustig kabbelend riviertje. We doen deze middag niets. Tenminste...ik doe de handwas, luier wat in de zon, schrijf dit blog. Bart luiert ook wat, maakt foto's en kookt het avondeten.

Morgenochtend nog eens boodschappen doen en tanken, want we gaan het binnenland weer in voor een paar dagen.




Vrijdag 2 augustus

Het boodschappen doen valt tegen, want er is maar één kleine mini supermarkt bij een tankstation. Het brood is uitverkocht. We nemen dus maar een doos crackers mee en vertrekken voor een rit van 95 km over de F752 naar Laugafell. Het eerste deel van deze route is mooi, maar algauw wordt de weg smal en hobbelig en rijden we over eindeloze lava velden. De weg is met stenen bezaaid en we kunnen dus niet goed door rijden. Er is verder niet veel meer te zien dan lava en stenen en stof, véél stof.




Als we bij de vierde rivier oversteek aankomen, twijfelen we. Dit is wel een grote! Het is een gletsjer rivier want het water is melkachtig. We hebben zo'n 85 km gereden. Terug rijden over dezelfde weg zien we helemaal niet zitten. Bart loopt met een stok de rivier op en neer. En nog een keer... En nog een keer. Er liggen grote keien in de rivier. Zou onze bus hier over kunnen? Wat als we vast komen te zitten? Ik heb hier geen bereik met mijn gsm. De rivier is niet heel diep, maar wel dieper dan we tot nu gehad hebben en breder. We kunnen ook wachten tot er een andere auto komt, zegt Bart. Dat geeft al aan dat hij twijfelt. De mogelijkheid bestaat dat we dan uren moeten wachten, zeg ik. Vreemd. Normaal gesproken zou ik kiezen voor de veilige weg: terug gaan dus. Ik zie dat echter totaal niet zitten. Nog eens terug over deze vervelende weg. Ik merk bij mezelf dat ik dus neig naar kiezen voor het onbekende. Een risico misschien, maar ik heb goed gekeken hoe Bart meermaals lopend de rivier overstak en volgens mij moet het gaan met onze bus. Omdat Bart rijdt, wil ik niet degene zijn die de beslissing forceert. We kijken elkaar aan en het is duidelijk: we wagen het erop. De sper wordt opgezet (evenveel tractie op linker- en rechter achterwiel) en rustig rijdt ons busje het koude water in. We hobbelen over de keien, maar Bart voelt al snel dat het goed gaat. Het is geen probleem zegt hij lachend en opgelucht!



We nemen net voor de camping nog een kleine rivier oversteek. De camping ligt midden in de lavavlakte. Eigenlijk in het niets dus. Er staan drie hutjes, waarvan een met toiletten. Douches zijn hier niet. Wel is er een warm waterbron, waar we 's middags ons bad genomen hebben. Op de

toiletten krijgen we een warme kont. Het spoelwater is namelijk warm en geeft een heerlijke warmte af als je op de wc zit. Ideetje voor thuis?

Als we 's avonds buiten aan het eten zijn, komen er twee joekels van wagens aangereden. De banden zijn bijna even groot als ik. De wagen rijdt tot vlak naast ons busje. 'Zullen we ruilen', vraag ik de chauffeur als hij uitstapt. Hij moet lachen en zegt dat hij het goed vindt, want zijn auto had stukken. De stuur inrichting was gebroken en hij heeft deze onderweg moeten maken. Gelet op de belettering op de wagen denken we dat deze gebruikt wordt door de reddingsdienst van deze streek. Uit de andere wagen stappen een stuk of vijf jonge mannen met dezelfde blauwe vestjes aan en zwarte, strakke leggings. Wat leuk, de chippendaels treden hier vanavond op zegt Bart.





Zaterdag 3 augustus

Vanmorgen rond 0900 uur vertrokken voor een rit van zo'n 80 km, ware het niet dat de eigenaresse van de camping ons een mooi ommetje adviseerde van een extra 60 km via de F752, F26 en de 881. De eerste vele kilometers wederom lava en stenen, maar dit keer ook rivieren waar langs de randen weer de typische felgroene en gele mossen groeien. Uren aan een stuk dit zelfde landschap van lava en stenen, waar nauwelijks iets groeit. Het schijnt 100 jaar te duren voordat er ook maar iets groeit op een vers lava veld!

Een Zwitsers koppel dat we in het warm waterbad hebben ontmoet, rijdt in een Defender voor ons. Als we bij een rivier oversteek staan, blijkt het koppel de oversteek te filmen met een drone. Ze willen onze duik in het water ook filmen. Aan de overkant blijkt de man echter niet op de record knop gedrukt te hebben. Dus beide auto's weer terug het water in om nu wel gefilmd te worden. Ze beloven ons het filmpje te mailen. De Zwitser vertelt nog dat zijn drone objecten herkent. Onze bus werd echter als 'boot' geïdentificeerd


Als we de 821 nemen richting Akureyri wordt het ineens zo'n 60 km van deze stad vandaan, prachtig mooi. Het landschap verandert en we rijden een smalle, groene vallei in. De wanden van de bergen bedekt met gras en mos. Een blauw, helder riviertje loopt met ons mee naar beneden, langs het zanderige, stenige pad vol met kuilen. Ook nu kunnen we niet harder rijden dan 15 tot 20 km per uur, maar het landschap maakt alles goed! Als er tegenliggers naderen moet een van ons op een of andere manier aan de kant, omdat het pad te smal is. Het is een echte 4x4 track. De meesten rijden deze route van noord naar zuid vanwege de steile klimmetjes. Op deze manier heb je echter een minder mooi zicht. Wij rijden van zuid naar noord en van hoog naar laag. De zon staat achter ons en we hebben daarom een prachtig zicht op de diepte en het betoverende landschap. Ik voel me nietig als we hier rijden. Mensen, wij stellen niets voor in vergelijking met de kracht van deze overweldigende natuur!


Onze auto is bijna niet meer te herkennen, zo vies en stoffig is hij. Net voor we de vallei uit rijden, wassen we onze auto midden op het pad waar het water overheen stroomt.



Nu staan we iets ten zuiden van Akureyri op een drukke camping. Heel wat anders dan de afgelopen dagen!













Reacties

Reacties

Gabrielle

Wat een waaghalzen zijn jullie toch. Ondanks dat onze 4WD er op ingericht is en verhoogd is, vind ik het eng om door water te rijden. Wat een prachtig land is Ijsland toch zeg.

maria bastiaensens

ik vind jullie alsmaar sympatieker !

Pa en ma Rijk

Weer een prachtig en spannend verhaal van ons waaghalzen-koppel,om nog maar te zwijgen van de betoverend mooie vergezichten.
Liefs,pa en ma.

Jos. Josette

Alweer een mooi verhaal en spannend om te lezen jullie durven veel ik zou in mijn broek doen en ook weer mooie foto’s geniet er van ??

Toos

Prachtig verhaal en schitterende foto's. Wat een avontuurlijke vakantie.

Melanie

Heerlijk om jullie verhalen te lezen!

Jean-marie en Ann

Spannende vakantie met veel toffe avonturen en veel verhalen om na te vertellen!!!

Lia Schepers

zo spannend,jullie avonturen in het prachtige Ijsland. De kracht van de natuur is zo overweldigend !
ik kijk al uit naar het volgend verhaal. nog veel reisplezier !

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!